30 augustus 2015

Wat zou Dafne doen?

De sportwereld is niets voor mij. Ik heb het altijd al wel vermoed, maar sinds dit weekend weet ik het zeker.

In de sportwereld word je voortdurend beoordeeld. Kijk maar naar Kiki. Het mens heeft zich drie keer in de rondte getennist om een plek in het hoofdtoernooi van de US Open te verdienen, en krijgt dan van een oud-collega te horen dat ze te zwaar is. Daar moet je tegen kunnen als sporter. Ik niet. Ik zou hem met een korte, ferme dropshot op zijn hoofd hebben geslagen.

Ook word je in de sportwereld rücksichtslos in hokjes gedeeld. Zoals oud-atletiekcoach Henk Kraaijenhof. Volgens hem zijn er drie soorten mensen: buigers, brekers of bloeiers.

Dafne is een bloeier. Ik heb het niet opgezocht, maar ik denk dat het betekent dat ze een doorzetter is. Na haar Gouden Race voelde ze zich  misselijk en draaierig. Zij schijnt namelijk de noodsignalen van haar lichaam te negeren wanneer puntje bij paaltje komt.

Ik ben een buiger, zo blijkt uit een bezoek aan Albert H.

De self-scanner weigerde de streepjescode van een aantrekkelijk biertje te herkennen. Na twee keer het teleurstellende bericht 'onbekende code' op het scherm van de scanner te hebben gelezen, heb ik het opgegeven. Het biertje ging weer terug op de schappen. 'Dan niet,' dacht ik.

Wat zou Dafne hebben gedaan? Daar ga je al. Atleten drinken geen bier, vrees ik. Maar stel van wel, dan had ze vast opgebloeid bij de uitdaging om een onbekende code af te rekenen bij de kassa.

Ik bewonder Dafne wel een beetje. Ze is piepjong en toch heeft ze al een carrière van meerkampster achter de rug. Nu wacht haar een gouden toekomst als sprintster. Haar Duitse manager heeft haar ook in een hokje geduwd. Volgens hem is ze een 'Jahrhundert-talent'. Een talent dat zich 1 keer in de honderd jaar laat zien.

De rest van de wereld moddert voort. Ik heb al een schriftje aangeschaft voor mijn schrijfavontuur. Nu is het wachten op inspiratie.

Gelukkig hadden de andere biertjes wel een herkenbare streepjescode.

15 augustus 2015

Het begin van een mysterie

Ik woon dus in een dorp tegenwoordig. Dan kun je met goed fatsoen niet meer masturberen in het openbaar.

Alle gekheid op een stokje, en even voor de duidelijkheid, dat soort dingen doe ik niet. Maar het verhaal van die Rotterdammer in de trein naar Breda heeft mij wel aan het denken gezet.

Ik denk dat het een bijverschijnsel is van de tv-cultuur. Televisie vervaagt de grens tussen actie en reactie. Kijkend naar de bewegende mensen op de buis in alle huiselijkheid, kan een vorm van onbeschaamdheid creëren. Als ik in het openbaar net zulke opmerkingen zou maken als ik af en toe naar de mensen op tv roep, dan was ik waarschijnlijk vaker in elkaar geslagen.

Soms ben ik bang dat ik de scheidslijn tussen privé en openbaar uit het oog verlies. Dat ik op mijn werk vergeet mijn broek dicht te doen voordat ik het toilet uitkom. Of dat ik in het openbaar vervoer onwillekeurig krab waar het jeukt. Dat soort dingen. Misschien dat die jongen in de trein naar Breda bij het zien van een mooi meisje zich ook even niet meer realiseerde waar hij zich bevond.

Ik ben overigens wel blij dat masturberen in de trein niet usance is en dat de politie er nog steeds voor op komt dagen. Voor hardop praten in een stilte-coupé kun je de gendarmerie niet meer storen. Roken in de trein al helemaal niet. Het knippen van nagels, waarbij de dode stukken balba van de overbuurvrouw mij om de oren vliegen, daar komt geen krantenkop van.

Maar goed.

Ik woon dus in een dorp tegenwoordig. Een Miss Marple-dorp. Vandaar mijn hernieuwde inspiratie om een boek te schrijven. Ik denk het een mysterie wordt.

Wie heeft Juffrouw Jur vermoord? Zoiets.

Een ander mysterie dat mij bezighoudt vandaag is: Hoe komt mijn buik opeens zoveel dikker? Zou mijn wasmachine warmer wassen dan ze beloofd? Dat soort dingen houden mij bezig.

Doe nog maar een biertje.

8 augustus 2015

Ennui

Volgens X. is het òf vakantie, òf verhuizen. Dus dit jaar blijven we thuis.

Geen probleem. Er is hier een kroeg met terras en lekker bier. Alleen de mensen die voorbij lopen zijn niet anoniem en kan ik niet onbeschaamd nastaren. Het is de melkboer of de bakker. Of de dochter van de bakker. Ik zwaai naar iedereen en iedereen zwaait terug.

Dan maar de tablet op schoot. Volgens meerdere bronnen is Mark op vakantie in Zwitserland. Met een vriend. Hoe komt het toch dat meteen de inhoud van de krant een stuk minder interessant is?

Er is die omgevallen kraan waar iedereen naar wil kijken, maar wat niet mag. Er is Donald Trump en zjin grote mond. Verder lijken de wespen zich elk uur te vermenigvuldigen.

Wanneer ik het internet verder uitlees, moet ik concluderen dat er van alles en niets is te beleven maar dat er niet heel veel is om over te schrijven. Een melancholiek gevoel overvalt me. Opeens mis ik Mark. En België.

België?

Tijd voor een ander biertje. Doe er ook maar een portie bitterballen bij.

2 augustus 2015

Nu even niet

Dit jaar ben ik niet naar Pride geweest. Ik had nog niet vermeld dat we tegenwoordig in de polder wonen (oftewel niet in de grote stad). Zo'n Miss Marple dorpje. Nadat je de dorpsentree bent gepasseerd en de bus uitstapt, voel je de wereld op de handrem trekken.

Elke dag moet ik op en neer. Elke keer bij terugkeer besef ik, net als wethouder Eric, hoe vies de grote stad eigenlijk is.

En druk.

Daarom blijft deze oude opa liever thuis in het weekend.

Voor lieden zoals ik heeft men iets speciaals uitgevonden, namelijk: Netflix. Een prachtig systeem dat je in staat stelt om volledige weekeindes te vullen met serie na serie na serie.

Gelukkig is er komkommertijd en mis ik niet zo veel. Ik geloof dat de Grieken nog steeds geld tekort hebben. Maar voor de rest is het een augustus zoals altijd. Samengevat: de Fransen zijn met z'n allen tegelijk de weg opgereden en verbazen zich over de drukte, er wordt gesport, er worden fouten gemaakt bij de politie, er komt een hittegolf, het gaat een keer weer regenen.

Dus trek ik mijn slippers aan en slof ik de tuin in. Een kop koffie in de ene hand, een sigaret in de andere. Ik rek mij ongegeneerd uit, krab wat op mijn hoofd.

De wereld kan nog wel even wachten.

Gott nytt år

Uiteindelijk is het niet te doen, besloot ik. De verwachtingen zijn te hoog. Na maanden afwezigheid, kun je maar beter gewoon weer beginnen....